Boerderij-buitenplaats

De boerderij-buitenplaats De Groote Flierenberg werd gebouwd in 1652. Kapitein Charles Pagniet kreeg in 1646 een perceel heide en bos van de Gelderse rekenkamer in erfpacht. Hij heeft hier, na de ontginning, een herenhuis met aangebouwde schuur laten bouwen. Opeenvolgende eigenaren uit Nijmegen hebben het statige voorhuis als zomerverblijf gebruikt. Op de voorgevel zijn de gemetselde bogen van het oorspronkelijke huis nog te herkennen. 

Boeren op de Flierenberg

Het agrarisch bedrijf draaide vooral op akkerbouw en de daarvoor benodigde bemesting. Schapen en runderen haalden hun voedsel van de heide of uit het bos. De statistiek van 1808 levert ons de eerste informatie op. De hoofdmoot van de landbouwgewassen werd gevormd door rogge, haver en boekweit; tegen het einde van de 19e eeuw kwam de teelt van aardappelen op. Deze producten werden voor een deel gebruikt voor de voeding van het gezin. Het overschot bracht de boer of boerin naar de markt in Nijmegen of het werd verkocht aan langs reizende handelaren. 

In 1920 werd de Flierenberg met 16 hectaren grond verkocht aan Wilhelmus Bartholomeus Nielen (1880-1934) voorheen pachter van De Groote Flierenberg. In 1946 schonk Henderica Put, de weduwe van Nielen, de boerderij aan haar schoonzoon Hermanus Arends.

In 1969 kocht Lambertus Maria Peters, boerderij “De Groote Flierenberg”. De boerderij werd helemaal verbouwd en in 1970 kwam ik (Maria) hier samen met mijn ouders en 3 broers en 2 zussen wonen. Er werd ook een nieuwe schuur gebouwd die achter de boerderij kwam te staan en waar een stierenmesterij in kwam. Nu Pension stalling De Flierenberg.

Ontstaan SVR Camping De Groote Flierenberg

In de zomer van 1979 besloten mijn vader, moeder en ik om een camping te starten waar ruimte was voor 5 kampeereenheden. De SVR vlag werd vooraan de weg gezet en de volgende dag diende zich de eerste kampeerder aan. De toilet en douche waren gewoon in het woonhuis en later werd er een sanitair ruimte gemaakt op stal. Daar is het sanitair nog steeds, maar wel aangepast aan de eisen van deze tijd. Er werden op stal ook groepen ontvangen, met name scoutinggroepen.

De camping is al die tijd door mijn vader en moeder voortgezet. Het aantal plaatsen werd in de loop van de jaren uitgebreid. Mijn vader bleef de camping beheren, ook na het overlijden van mijn moeder (1995) en ik het huis had verlaten vanwege mijn huwelijk. Tot zijn 85ste heeft hij de camping beheerd. In 2009 namen Maria en Ruud de boerderij met camping over.

Dus al drieënhalve eeuw heeft deze hoeve iets met recreatie te maken. In de zeventiende eeuw werd de boerderij door de eigenaren vaak als buitenhuis en zomerverblijf gebruikt.